Jan siebelink biografische gegevens

Libris Literatuur Prijs

Stefan Brijs

Stefan Brijs werd geboren op 29 december in Genk (Belgisch Limburg), waar hij ook jarenlang woonde en naar school ging. In studeerde hij af als onderwijzer en begon als opvoeder aan zijn vroegere middelbare school te werken. Van tot woonde hij in Zonhoven, daarna vestigde hij zich opnieuw in Genk.

Bibliografie

Sinds schrijft Stefan Brijs voltijds – hij had op dat ogenblik drie boeken gepubliceerd en verscheidene essays en recensies geschreven voor de boekenbijlagen van De Morgen en De Standaard. Begin verruilde hij Genk voor Koningshooikt, een deelgemeente van Lier.

Stefan Brijs debuteerde bij uitgeverij Atlas (Amsterdam) met De verwording, een magisch-realistische roman die opviel door zijn barokke taal. Een recensent noemde hem toen ‘een groot talent’ en ‘de hoop van de Vlaamse letteren’.

Na zijn debuut zwierf Brijs over Vlaamse begraafplaatsen, op zoek naar de resten van zijn literaire voorgangers, onder wie Gustaaf Vermeersch, Richard Minne, Maurice Gilliams en Karel van de Woestijne. Deze queesten beschreef hij in Kruistochten, dat in verscheen. Deze essays kregen een vervolg in de krant De Standaard, waarvoor hij De vergeethoek maakte, een serie literaire portretten van vergeten Vlaamse schrijvers die in maart wer

Astrid Holleeder, auteur van de bestseller Judas, vertelt openhartig over de impact die de getuigenis tegen haar broer Willem heeft gehad op haar leven en dat van haar familie.

Op werkdagen voor uur besteld, volgende dag thuisbezorgd.

Literair journalist Vivian de Gier brengt Thea Beckman opnieuw tot leven zoals ze was: een gedreven vrouw die, ongeacht wat anderen daarvan vonden, altijd haar eigen weg koos.

Op werkdagen voor uur besteld, volgende dag thuisbezorgd.

Als dichter en romanschrijver wist Betje Wolff de Nederlandse literatuur te vernieuwen. Mathijsen schreef een fascinerende biografie van misschien wel de eerste feministe van Nederland.

Op werkdagen voor uur besteld, volgende dag thuisbezorgd.

Op werkdagen voor uur besteld, volgende dag thuisbezorgd.

Zoemende vliegen rond bleke billen

In de roman Margaretha volgt Jan Siebelink in grote lijnen wat er over Margaretha van Parma () in geschiedenisboeken is opgetekend. Ze was dochter van Karel V en Jeanne van der Gheynst, dienstmeisje in een kasteel in Oudenaerde in Vlaanderen. Margaretha was dus een bastaard, zoals dit weinig fijnzinnig heet, en de haar omringende hofkliek peperde haar dat uiteraard ongenadig in. Karel V liet haar overigens niet in de steek, hij huwelijkte haar uit dynastieke motieven eerst uit aan Alexander de Medici en na diens dood in belandde ze in het huwelijksbed van Ottavio Farnese. Dit alles om de Habsburgse bezittingen in Italië ook in de toekomst veilig te stellen en eventueel uit te breiden.

In de Nederlandse geschiedenis speelde ze een rol toen ze enige tijd optrad als vertegenwoordigster van Philips II (haar halfbroer) in de Nederlanden. Ze was landvoogdes van tot eind en probeerde tevergeefs te bemiddelen tussen het Spaanse hof, dat een streng godsdienstig en economisch bewind eiste, en de Nederlandse en Vlaamse adel, die pleitte voor verdraagzaamheid. Jane de Iongh publiceerde in een biografie over haar die een beeld schetst van een zeer ongelukkig leven, van een kwetsbare vrouw die vaak ziek was, die leed aan ernstige minderwaardigheidsgevo

Jan Siebelink

door Rob Schouten met aanvullingen door Bert Peene en Jooris van Hulle

1. Biografie

Jan Siebelink werd op 13 februari in Velp geboren als zoon van een kleine bloemenkweker. Hij groeide op in een orthodox protestants milieu. In zijn geboorteplaats bezocht hij de openbare school, nadien de mulo. Na zijn eindexamen volgde hij de opleiding voor onderwijzer aan de Rijkskweekschool te Arnhem en ging hij lesgeven aan de lagere school in Laag-Soeren. Na het vervullen van zijn dienstplicht tekende hij voor twee jaar bij. In Breda volgde hij de reserveofficiersopleiding bij de luchtmacht en studeerde inmiddels schriftelijk LO Frans. Na zijn diensttijd zette hij zijn studie als MO-student voort en gaf hij ondertussen, van tot , les aan een mavo in Dieren. In kreeg hij een baan aangeboden aan het Marnixcollege in Ede, waar hij als docent Frans - hij had ondertussen in het doctoraalexamen Frans afgelegd in Leiden - werkzaam bleef tot hij in met pensioen ging.

Jan Siebelink publiceerde in tijdschriften als de Haagse Post, Vrij Nederland en Hollands Diep over Franse literatuur. Korte verhalen van hem verschenen onder meer in Hollands Maandblad en Avenue Literair.

In kreeg Siebelink de F. Bordewijk-prijs voor De overkant van de rivier, in voor zijn roma

Jan Siebelink

Ik moest aan mijn moeder denken. Als jong meisje had ze in het vermaarde hotel De Engel in De Steeg gewerkt. Ze had contact gehouden met de eigenaars en wanneer ze hun een bezoek bracht, nam ze mij mee. Dat was in de jaren vijftig. Dat hotel had allure. Een hotel met een geschiedenis. Moeder liet niet na dat op te merken. Mengelberg musiceerde er voor de table d'hôte, Pisuisse trad er in op voor de officierentafel. Jacob van Lennep schreef daar zijn Klaasje Zevenster. Couperus, en later, Wim Kan en Carmiggelt keken vanaf het terras over de meanderende IJssel. Ik herinnerde mij alleen de kwijnende sfeer van de brede serres, aan de straatzijde. Daar zaten douairières, oud, puissant rijk, versteend op hun ademhaling na, in absolute stilte. Ik, buiten, verbeeldde me geluid: de warmte die het riet van de stoelen deed kraken, een glas dat tinkelde. Ze staarden voor zich uit, hun handen verdwaald in de dichte vacht van roze schoothondjes. (Jan Siebelink, Mijn leven met Tikker, blz. 18/19)