Harry mulisch kinderen
Onno Blom gaat de langverwachte biografie van Harry Mulisch () schrijven
Onno Blom, schrijver, biograaf van Jan Wolkers en medewerker van deze krant, gaat de langverwachte biografie van Harry Mulisch () schrijven. Blom neemt de opdracht over van de eerder beoogde biograaf Robbert Ammerlaan (80), de vroegere uitgever van Mulisch bij De Bezige Bij. Het boek zal naar verwachting in het najaar van verschijnen met als werktitel De magiër. Ammerlaan heeft zich volgens de uitgever ‘om persoonlijke redenen uit het project moeten terugtrekken’.
Het is niet het eerste biografische werk dat Blom schrijft over Harry Mulisch, de auteur van klassiekers als Het stenen bruidsbed (), De aanslag () en De ontdekking van de hemel (). Hij werkte eerder samen met de schrijver aan het biografische fotoboek Mijn getijdenboek ; Zijn getijdenboek , dat in verscheen. ‘Het kwam in die periode ook wel ter sprake dat ik een biografie zou schrijven’, zegt Blom. ‘Mulisch zei daar twee dingen over: ‘Ik vind het een prima idee.’ En: ‘We gaan het niet doen.’’ Volgens Blom vond Mulisch dat een schrijver pas na zijn dood een biografie verdiende, waar hij dan aan toevoegde ‘dat hij niet van plan was dood te gaan’.
Postuum
In overleed Mulisch toch, negen jaar na het verschijnen van zijn laatste roman
Mulisch, Harry
Harry Kurt Victor Mulisch, Nederlands schrijver (Haarlem – Amsterdam ). Mulisch is het kind van een van origine Oostenrijks-Hongaarse vader en een joodse moeder, dochter uit een oorspronkelijk Duits-Oostenrijks bankiersgeslacht. Hij werd na de scheiding van zijn ouders () bij zijn vader opgevoed door de Poolse huishoudster Frieda Falk. Al werd er thuis Duits gesproken, Harry Mulisch groeide op met een Nederlandstalige opvoeding. In de oorlog werden zijn groot- en overgrootmoeder weggevoerd en vergast. Zijn vader was mededirecteur van de bankiersfirma Lippmann-Rosenthal & Co., waar joods kapitaal werd ondergebracht.
Na de tweede wereldoorlog koos Mulisch principieel voor het schrijverschap. In debuteerde hij met het verhaal ‘De kamer’ in Elseviers Weekblad. Na een financieel benarde en geestelijk stormachtige periode betekende de toekenning van de Reina Prinsen Geerligsprijs voor het manuscript van zijn romandebuut Archibald Strohalm () zijn eerste officiële erkenning. In kreeg hij ook de Anne Frankprijs voor dit boek. Mulisch was redacteur van Podium van tot en van tot van Randstad. In werd hij redacteur van De Gids en bleef dat tot
In zijn werk laten zich drie perioden onderscheiden. De eerste neemt globaal de jaren vij
Nieuws: Onno Blom gaat biografie van Harry Mulisch schrijven in plaats van Robbert Ammerlaan
Onno Blom schrijft biografie Harry Mulisch, dat maakte uitgeverij De Bezige Bij gisteren bekend. Uitgever Robbert Ammerlaan zou die taak eerst op zich nemen, maar die heeft zich om persoonlijke redenen uit het project terug moeten trekken. Ammerlaan publiceerde eerder twee boeken over Harry Mulisch: Zijn eigen land () over de nalatenschap van de schrijver en Zo’n genie ben je nou ook weer niet (), de brieven van zijn ouders. Ook Blom publiceerde eerder over Mulisch. In verscheen Mijn getijdenboek, zijn getijdenboek, waarin het laatste gedeelte een aanvulling was op het eerder verschenen Mijn getijdenboek van Mulisch. In verscheen De wondergrijsaard, over de laatste jaren van Mulisch.
Onno Blom schreef eerder een vlot weg lezende, maar niet onomstreden wetenschappelijke biografie over Jan Wolkers.
De biografie over Harry Mulisch staat voorlopig gepland voor najaar De werktitel is De magiër.
(foto Harry Mulisch trouwt met Sjoerdje Woudenberg op stadhuis Amsterdam: Bert Verhoeff / Anefo / Nationaal Archief, CC0)
[] ‘Ik zal een wondergrijsaard zijn, let maar eens op,’ schreef Harry Mulisch in in Het ironische van de ironie. Zijn voorspelling kwam uit. Het manuscript van De ontdekking van de hemel, de totaalroman die hem wereldroem zou bezorgen, leverde hij in op zijn vijfenzestigste verjaardag, 29 juli Daarna volgden nog de duizelingwekkende romans De procedure en Siegfried, waarvan de laatste regel voorspellend bleek voor zijn oeuvre: ‘Daarna niets meer.’
Over het onvermijdelijke maakte Mulisch zich niet druk. ‘Dat ik dood kan gaan, moet nog maar eens bewezen worden,’ zei hij.
In De wondergrijsaard portretteert Onno Blom de grote schrijver in zijn laatste jaren, dagen, uren, minuten. Hij laat zien welke rol de dood in het leven van Mulisch speelde. Blom baseert zich daarbij op de vele notities die hij maakte van zijn gesprekken met Mulisch, in wiens werkkamer hij wekenlang bivakkeerde toen hij aan Zijn getijdenboek werkte. De twee bleven elkaar geregeld zien. Tot aan het einde. Daarnaast sprak Blom uitgebreid met Mulisch’ vrienden, collega-schrijvers en naaste familie voor dit intieme, ontroerende portret van de kunstenaar als oude man.
Leesfragment!
Harry Mulisch en Robbert Ammerlaan. Reisverslag van een vriendschap
Op de eerste verdieping aan de Leidsekade zag het grootste deel van zijn oeuvre het levenslicht. Daar, in zijn werkkamer, schreef Harry Mulisch werken als De aanslag, De ontdekking van de hemel en De procedure. De kamer zelf is ontegenzeggelijk Mulischiaans: alles in de kamer verwijst op enigerlei wijze naar het schrijverschap en het oeuvre. De schedel van Zeeger Vermeulen, een replica van de Steen van Rosetta, de werkbibliotheek met veel werken van Nietzsche, Goethe en Thomas Mann, de schetsen van Piranesi en natuurlijk het pijpenrek aan het schrijfbureau.
De schrijver en zijn oeuvre zijn in de kamer alomaanwezig. In Zijn eigen land beschrijft oud-directeur van uitgeverij De Bezige Bij Robbert Ammerlaan de kamer waar Mulisch zijn schrijfwerk verrichtte. Zelf noemt hij het een ‘verslag van een zoektocht door Mulisch’ literair laboratorium en daarmee door zijn leven en werk.’ Ammerlaan was sinds de directeur van de uitgeverij waar Mulisch vrijwel zijn hele schrijversleven aan verbonden was. In de jaren die volgden raakten de heren bevriend. Een paar jaar voor zijn overlijden spraken Ammerlaan en Mulisch over de wenselijkheid van een biografie en wie in dat geval de biograaf moest zijn. Een aantal w