Biografie karl kraus

Edward Timms Karl Kraus € 
Rychner, Max Karl Kraus € 

€ 3,95

Auk en Mauk
SCHAUKAL, Richard. Karl Kraus. € Die Schmiede
ROLLETT, Edwin. Karl Kraus. € Die Schmiede
RYCHNER, Max. Karl Kraus. € Die Schmiede
Fischer, Jens Malte Karl Kraus Der Widersprecher. Biografie (meer info)€ Lilith
Karl Kraus - Citing Violence, Inciting Critique (meer info)€ 

Gratis


Iggers, Wilma Abeles Karl Kraus, A Viennese Critic of the Twentieth Century. € Bij tij en ontij
FLATTER, Richard. Karl Kraus als Nachdichter Shakespeares. € Die Schmiede
Edward Timms Karl Kraus, Apocalyptic Satirist (meer info)€ 

€ 3,50


Timms, Edward Karl Kraus. Apocalyptic satirist. Culture and catastrophe in Habsburg Vienna., € parasol
Timms, Edward Karl Kraus. Apocalyptic Satirist: Culture and Catastrophe in Habsburg Vienna € 

€ 7,95


Edward TIMMS Karl Kraus Apocalyptic Satirist. Culture and Catastrophe in Habsburg Vienna. € Bij nader inzien
Horowitz, Michael Karl Kraus. Bildbiographie € 

€ 3,50


Horowitz, Michael Karl Kraus. Bildbiographie € Haarlem
KOCMATA, Karl F. Karl Kraus, de

Carl Niekerk
De Eerste Wereldoorlog en het zwijgen van Karl Kraus

Carl Niekerk, hoogleraar Duitse taal en letterkunde aan de University of Illinois, schrijft in dit artikel over de Weense satiricus Karl Kraus. Het uitgangspunt hierbij is deze keer niet een tekst of een andere culturele uitingsvorm, maar juist het ontbreken daarvan. Bij het uitbreken van de Eerste en later de Tweede Wereldoorlog onthield Kraus, die normaal geen blad voor de mond nam, zich namelijk van ieder commentaar. Waarom hij dat deed probeert Niekerk te verklaren aan de hand van essays en een toneelstuk van Kraus alsmede een relevante ansichtkaart, waaruit blijkt dat het zwijgen van Kraus te maken had met de relatie tussen taal en werkelijkheid.

In , kort na de nationaalsocialistische machtswisseling in Duitsland, schreef de Oostenrijkse satiricus Karl Kraus (): ‘Mir fallt zu Hitler nichts ein’ - ‘Over Hitler schiet me niets te binnen’. (Schriften 12)Ga naar voetnoot1 Dat is een merkwaardige en provocerende uitspraak van Kraus. Normaal zat de man niet om woorden verlegen en hij gruwde van het nationaalsocialisme. Ook had Kraus, die zelf een Joodse achtergrond had, er weinig illusies over wat Hitler met de Joden van plan was. In heel verscheen maar één

Lees de Tirade Blog

[Tirade september ]

Tijdgenoten

Aforismen van Karl Kraus

Karl Kraus is in de eerste plaats een fanatieke beschermer van de taal geweest. De tekortkomingen van de samenleving hadden volgens hem maar één oorzaak: het onoordeelkundig en oneerbiedig gebruik van de taal. ‘Gevoelig voor allerlei symptomen als ik ben, leid ik honger en oorlog af uit het gebruik dat de pers van de taal maakt.’ Het sociale milieu dat Kraus vrijwel ononderbroken met ergernis vervulde, was het Oostenrijk tussen en

Karl Kraus werd 28 april in Bohemen geboren. In Wenen studeerde hij rechten en filosofie. Hij werd tenslotte journalist nadat hij als toneelspeler mislukt was. In richtte h een eigen tijdschrift op dat hij ‘Die Fackel’ noemde en dat tot zijn dood toe bestaan heeft. Na verloop van tijd zag Kraus van de medewerking van anderen af en schreef hij zelf het tijdschrift vol. Hij kreeg al spoedig de bijnaam van ‘Fackel-Kraus’ en werd een gevreesd man in het idyllische Wenen. Hij bleef trouw aan het motto van de eerste aflevering van ‘Die Fackel’: ‘Wat wij willen is niets anders dan de drooglegging van het onafzienbare frazenmoeras.’ Daarom moesten vooral zij het ontgelden die het meest schaamteloze gebruik van taal en woord maakten: de pers en de journalisten.

Zijn zeer

De man met de 5 P’s

Twee grote satirici kende de Duitse literatuur van de vorige eeuw, Kurt Tucholsky en Karl Kraus – en in veel opzichten leken ze op elkaar. Beiden hadden rechten gestudeerd en waren afkomstig uit de joodse minderheid van respectievelijk Berlijn en Wenen. Hun naam is onlosmakelijk verbonden met een tijdschrift, Tucholsky schreef voor Die Weltbühne en Kraus vulde lange tijd bijna in z’n eentje het net zo legendarische Die Fackel. Allebei waren ze gespecialiseerd in uiterst venijnige, polemische artikelen waarin ze de klassenjustitie en het militarisme hekelden en op de gevaren van het opkomende antisemitisme en radicalisme wezen.

Zelfs hun reacties op Hitlers machtsovername in vertoonden veel overeenkomsten. ‘Mir fällt zu Hitler nichts ein’, luidt de beroemde en vaak geciteerde zin van Karl Kraus, geschreven luttele weken na de politieke ommekeer in Duitsland. De Wener was van mening dat satire en ironie tekortschoten tegenover de nieuwe harde realiteit, hij deed er liever het zwijgen toe. Ook Tucholsky’s reactie getuigde van een vroege berusting, om niet te zeggen van defaitisme. Al in , toen er zeker nog hoop gloorde voor de Duitse democratie, had hij geschreven: ‘Mijn satirische opmerkingen over Brüning (de Duitse kanselier vlak voor Hitler – wr)

Satire en strijd

Hoe kon de satiricus, die alles meedogenloos op de hak nam, zelf joods was – al was hij katholiek geworden, maar daar ook weer vanaf gestapt – dit debiteren?

Jonathan Franzen schrijft daarover in zijn dit jaar verschenen boek Het Kraus project: ‘Het probleem is (…) dat de nazi’s niet logen (tien jaar voor de Endlösung zeiden ze al duidelijk wat ze met de joden van plan waren te doen) of ze logen zo overduidelijk dat het satirisch aan de kaak stellen daarvan zinloos was, en dat ze over het algemeen te gevaarlijk waren om uit te lachen.’

Ik denk dat daar nog iets anders bij komt. De elite tegen wie Kraus zich keerde, maar voor wie hij ook schreef (Wittgenstein, Zweig, Schindler, Freud, Mann en nog veel meer zeiden zeer door hem te zijn beïnvloed) was het vaak in meer of mindere mate eens met de nazi’s. Bekend is het verhaal dat de nazivlag een paar dagen aan het paleis van de Wittgensteins wapperde; de familie besefte niet direct dat ze joods waren. Kraus kon zich trouwens ook antisemitische uitlatingen permitteren.

Kraus moet beseft hebben dat met de toenemende invloed van de nazi’s zijn satire zinloos geworden was.

Zijn briljantie waarmee hij de schrijvers, dichters, politici kraakte, was niet verdwenen, maar om ook nog een andere reden ineffectief