Gerard reve overleden

Gefantaseerde waarheid
Het late leven van Gerard Reve
Mariëlle Polman

Vorig jaar verschenen twee publicaties over Gerard Reve, die laten zien hoe moeilijk het is om een biografie van hem te schrijven. Tom Rooduijn en Ad Fransen hebben de schrijver regelmatig gesproken en bieden alvast biografisch materiaal.

Het lijkt een onmogelijke opgave, het schrijven van een biografie van Gerard Reve. Bij geen enkele andere Nederlandse schrijver zijn werkelijkheid en theater zo met elkaar verweven als bij deze schepper van eigen mythes. Kan een biograaf Reve's geleefde en verzonnen leven ontrafelen? Zijn publiek weet vaak door de unieke ironische humor niet of het Reve moet geloven. ‘Je moet nooit de waarheid vertellen’, zegt Reve dan ook tegen Tom Rooduijn, nadat hij eerst verteld heeft dat zijn biologische vader een scheepskapitein was, maar hij Rooduijn daarna doet geloven een afstammeling van de Overijsselse dichter Revius te zijn. Over die kapitein had hij al eerder gezegd: ‘Ik maak er een soort mythe van. Ik beschouwde hem in elk geval als een soort vader.’

Het is echter niet alleen de gecompliceerde verhouding tussen feit en fictie die het Reve-biografen moeilijk maakt. In zijn artikel ‘De schrijver als performing artist’

Ontluisterende notities van de biograaf van Gerard Reve

Van wat Nop Maas als biograaf van Gerard Reve allemaal heeft moeten doorstaan, rijzen je haren te berge. Dat had niet zozeer te maken met Reve zelf – al was het contact gecompliceerd, wat nog erger werd toen de Volksschrijver ging dementeren in de jaren voor zijn dood op 9 april – maar vooral met diens levensgezel Joop Schafthuizen, alias Matroos Vosch, het ‘Anusje van Alles’. In Uren met Joop Schafthuizen heeft Maas zijn dagboekaantekeningen uit de periode tot gepubliceerd die betrekking hebben op de ‘Onderneming Reve’. 

Ze geven een ontluisterend beeld van een man die op krankzinnige wijze in de weer is geweest om het leven, werk en imago van zijn beroemde vriend te exploiteren. Schafthuizen verbrak contracten en afspraken net zo makkelijk als hij ze maakte, hij paaide én bedreigde iedereen die Reve nabij kwam. In nachtelijke telefoontjes schold Schafthuizen de biograaf de huid vol, die ‘vieze, vuile, stinkende kankerrat’. Uiteindelijk dreigde hij hem dood te schieten. Hoe kon Maas zo lang in Circus Schafthuizen meedraaien? ‘Je blijft de schrijver en zijn werk bewonderen en soms is het zelfs bijna gezellig.’ 

Nop Maas: Uren met Joop Schafthuizen. De Korenmaat; € Te bestellen via

Help ons door uw ervaring te

Van schrijver-voor-kenners tot BN’er

Amsterdam, 14 december - Zulte (Oost-Vlaanderen), 8 april

Gerard Reve, die samen met Harry Mulisch en Willem Frederik Hermans wel wordt gerekend tot de ‘grote drie’ schrijvers van na de Tweede Wereldoorlog, was ook buiten de literaire wereld bijzonder zichtbaar. De auteur raakte nogal eens in opspraak en gaf vaak aanleiding tot publieke debatten. Hoewel zijn literaire kwaliteiten altijd min of meer onomstreden zijn geweest, werd Reve juist om zijn thematiek en provocaties door velen verguisd en door vele anderen bewonderd.

De avonden

Al eerder publiceerde Reve in literaire tijdschriften, maar zijn schrijversloopbaan begint pas echt in Dan debuteert de auteur, onder het halve pseudoniem Simon van het Reve, met De avonden. Deze roman trekt onmiddellijk de aandacht van de critici. Sommigen beschouwen het werk als noodkreet van een nieuwe generatie jongeren die er, gedesillusioneerd door de oorlog, een cynische, illusieloze blik op de wereld op na houdt. Anderen zien er een individueel, psychologisch document in.

Brievenboeken

Hoewel het boek bij de critici veel stof doet opwaaien, vindt het zijn weg naar het grote publiek aanvankelijk niet. Reve blijft de eerste vijftien jaar van zijn schrijverschap een auteur voor connaisseurs.

Reve-biograaf trapt na naar Joop Schafthuizen

Nop Maas doet een vilein boekje open over de moeizame werkzaamheden aan zijn driedelige biografie over Gerard Reve. In Uren met Joop Schafthuizen neemt hij de maat van Reves levensgezel, in dagboekaantekeningen uit de periode Schafthuizen (73) wierp volgens Maas constant obstakels op. Maas kreeg bij een nachtelijke telefoon zelfs te horen dat hij een ‘vieze, vuile, stinkende kankerrat’ was. Toch bleef Maas meedraaien in ‘Circus Reve’. Schafthuizen exploiteerde doortastend leven en werk van zijn beroemde vriend. Hij reageerde (nog) niet. 

Fransen schrijven te veel: ‘inzendingsstop’ bij Gallimard

De Franse uitgeverij Gallimard heeft op sociale media een oproep geplaatst om niet langer ongevraagde manuscripten toe te sturen. Sinds de lockdown wordt de uitgeverij meer dan ooit overstelpt door auteurs in spe, zo’n vijftig per dag. Maar doordat veel geplande uitgaven al uitgesteld werden, ontstaat er een flessenhals. De kansen voor een debutant op publicatie worden heel klein. Concurrent Seuil ontvangt jaarlijks zowat ongevraagde manuscripten, Grasset soms wel

Nederland leest massaal Adriaan van Dis

Nederland gaat dit najaar en masse aan de slag met De wandelaar () van Adriaan van Dis. De roman, over een Nederlander in Parijs

Door Reinjan Mulder

Gerard Reve&#;s intree in de Nederlandse literatuur: als Simon van het Reve. CRITERIVM, december (privécollectie)

Na alles wat ik van tevoren over het derde deel van Gerard Reve&#;s biografie gelezen had, is het eindresultaat van dit bijzondere project dat zaterdag in grote stapels in de boekwinkels lag, me alleszins meegevallen. Nop Maas&#; Gerard Reve &#; Kroniek van een schuldig leven 3  is een heel leesbaar en gedegen overzicht geworden van wat zich de laatste dertig jaar van Reve&#;s leven allemaal heeft voorgedaan. Nop Maas zegt ook in dit derde deel weliswaar weer vrij weinig zinnigs over het werk van Gerard Reve, en over de betekenis of de receptie daarvan, maar daar is elders de afgelopen vijftig jaar al zo veel over gezegd en geschreven dat het nu misschien ook wel eens even zonder kan.
Bovendien zou de biografie van Gerard Reve, als Nop Maas dat wel had gedaan, nog zeker twee keer zo dik zijn geworden als hij nu al is, en dan zou hij zijn doel wellicht voorbij zijn geschoten. Tweeënhalfduizend bladzijden is voor een schrijver van het kaliber van Gerard Reve toch al enigszins aan de ruime kant.
In plaats daarvan citeert Nop Maas nu weer uitgebreid uit de vele fraaie brieven die Gerard Reve in de beschreven periode schreef, en dat is nog